De barmhartige Samaritaan hielp iemand die hij niet kende. Hij gaf aandacht, verzorging, tijd en geld. Hij nam niet de hele rugzak van de ander over, hij zorgde voor doorverwijzing toen hij weg moest. Hij stelde grenzen, daardoor kon hij van de ander houden zoals hij van zichzelf hield.
Help een ander en stel daarbij duidelijk je grenzen. Dat geeft helderheid en zorgt ervoor dat jij niet omvalt en de ander niet afhankelijk wordt. Hoe voelt dat voor je? Geeft het voldoening of heb je het gevoel dat je iemand van de regen in de drup helpt?
Jezus stelde Zijn grenzen door Zich regelmatig terug te trekken uit de menigte. De Vader zegt over Hem dat Hij naar Gods wil heeft geleefd. Dienen mag en grenzen stellen mag er dus allebei zijn. Naar welke kant slaat jouw balans door? Wat ga je doen om weer in evenwicht te komen?